Uitvraag veiligheidsmonitor onderwijspersoneel kan simpeler
Scholen moeten jaarlijks rapporteren over hun inspanningen om de veiligheid voor leerlingen te borgen. Die monitoringsverplichting breidt het kabinet uit naar het personeel. Op onderdelen wordt in de personeelsmonitor dezelfde informatie gevraagd als bij de bestaande verplichte risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E). De uitvraag kan simpeler door die twee instrumenten beter op elkaar af te stemmen. Dat schrijft ATR in een advies aan de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW).

Context
Met de verplichting van een jaarlijkse veiligheidsmonitor wil het kabinet borgen dat scholen een veilige omgeving blijven voor zowel leerlingen als het personeel. Daarnaast regelt het wetsvoorstel dat scholen verplicht zijn aangesloten bij een klachtencommissie. Het besluit “vrij en veilig onderwijs” stelt nadere regels aan de wijze waarop de resultaten van de leerlingmonitor gestuurd moet worden aan de Inspectie van het onderwijs. Het besluit bepaalt ook welke inhoud de personeelsmonitor moet bevatten. Tot slot zijn in het besluit regels opgenomen over de samenstelling en werkwijze van de klachtencommissie.
Minder belastend alternatief
De personeelsmonitor vraagt naar informatie over de (ervaren) veiligheid. Daar wordt ook onder begrepen de belasting van personeel door stress vanwege bijvoorbeeld agressie of geweld. Dat raakt aan de informatie die een school nodig heeft voor de RI&E. Een RI&E is verplicht en het is wenselijk dat die periodiek wordt herijkt. Dat betekent dat het personeel in het kader van de personeelsmonitor en in het kader van de RI&E gelijksoortige vragen moet beantwoorden. Het is minder belastend voor het personeel als dat maar één keer hoeft. Dat vraagt wel om afgestemde informatiebehoefte.
De regeldruk is goed in beeld gebracht.
De formele titel van dit voorstel luidt Besluit vrij en veilig onderwijs