Duidelijkheid nodig over kosten en uitzonderingen Wet open overheid

De Tijdelijke regeling uitzondering bestuursorganen zondert bepaalde organisaties uit van de actieve openbaarmaking van informatie uit een deel van de Wet open overheid (Woo). Deze uitzondering van de verplichtingen vervalt in 2029. Uit de toelichting blijkt echter niet wat de kosteneffecten zijn van de openbaarmakingsverplichtingen. Deze kosten zouden alsnog in kaart moeten worden gebracht. Ook zou het goed zijn bij de evaluatie in 2027 te beslissen of de tijdelijke uitzondering permanent kan worden. Dat schrijft het college in het advies aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. 

Uitzonderen bestuursorganen

De Tijdelijke regeling uitzondering bestuursorganen bepaalt dat een deel van de bestuursorganen tot 2029 is uitgezonderd van de actieve openbaarmakings-verplichtingen uit een deel van artikel 3.3. van de Woo. Bijvoorbeeld academische ziekenhuizen en garages die APK-keuringen uitvoeren worden uitgezonderd. Het voorstel regelt deze uitzondering omdat een deel van de organen nog niet de mogelijkheid heeft om efficiënt aan te sluiten op de landelijke digitale infrastructuur.
In 2027 wordt de evaluatie van de Wet open overheid afgerond. Op basis daarvan kan worden besloten over mogelijke wijzigingen in de wet. Volgens het college is het van belang dat bestuursorganen die tot 2029 worden uitgezonderd van de openbaarmakingsverplichtingen geen onnodige voorbereidingshandelingen verrichten. ATR adviseert daarom nu te bepalen dat op basis van de evaluatie in 2027 wordt besloten of de tijdelijke uitzondering zal worden omgezet in een permanente uitzondering. Dit kan duidelijkheid geven aan de bestuursorganen en onnodige regeldruk voorkomen.

Kwantitatief beeld kosteneffecten

Het voorstel bevat een kwalitatieve beschrijving van de kosteneffecten. Een kwantitatieve analyse van de gevolgen ontbreekt. Daardoor is niet duidelijk hoeveel partijen aan de verplichtingen moeten voldoen, wat de lasteneffecten voor deze partijen zijn en wat de totale kosten zijn als gevolg van het voorstel. Voor een deel van de bestuursorganen treden deze effecten al op vanaf eind 2024. Een ander deel van de bestuursorganen wordt tot mei 2029 uitgezonderd van de verplichtingen. Vanaf die datum zullen deze partijen ook aan de verplichtingen moeten voldoen. Het voorstel is niet duidelijk over de omvang van de kosteneffecten voor deze partijen. Dit inzicht is volgens het college belangrijk voor onderbouwde besluitvorming. ATR adviseert daarom de kosteneffecten kwalitatief én kwantitatief in beeld te brengen.

De formele titel van dit voorstel luidt Regeling actieve openbaarmaking Wet open overheid (Woo) en de Tijdelijke regeling uitzondering bestuursorganen.