Wetsvoorstel taken zorgautoriteit op Jeugdwet-terrein

Dit wetsvoorstel heeft een aantal specifieke knelpunten rondom de continuïteit en beschikbaarheid van de zorg aan jeugdigen op te lossen. Deze knelpunten zijn naar voren gekomen in diverse onderzoeken en casuïstiek ten aanzien van financiële problemen bij aanbieders van specialistische zorg voor jeugdigen. Het zijn de knelpunten (1) onvoldoende inzicht in het jeugdstelsel, (2) het vaak te laat zien van continuïteitsproblemen en (3) onvoldoende toezicht. Om te bevorderen dat jeugdhulp, in het bijzonder de gespecialiseerde, kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering in voldoende mate beschikbaar zijn en blijven, is volgens de toelichting behoefte aan (1) inzicht in de beschikbaarheid van jeugdhulp, in het bijzonder de gespecialiseerde, kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering (door middel van stelselonderzoek), (2) betere vroegsignalering van risico’s voor de beschikbaarheid van zorg voor jeugdigen en (3) een wettelijke bestendiging van een onafhankelijk toezichthouder, die toezicht kan houden op de naleving van de in het wetsvoorstel verbetering beschikbaarheid zorg voor jeugdigen opgenomen financiële bedrijfsvoerings-verplichtingen voor jeugdhulpaanbieders en gecertificeerde instellingen. Het wetsvoorstel draagt deze drie taken (stelselonderzoek, vroegsignalering en onafhankelijk toezicht op de financiële bedrijfsvoering) op aan de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) en vult deze nader in.

ATR laat in een advies aan de staatssecretaris van VWS weten dat de beschrijving van nut en noodzaak van de afzonderlijke maatregelen tekortschiet. Zo moet duidelijk worden waarom nu al institutionele maatregelen nodig zijn, terwijl nog gekeken gaat worden naar mogelijke inhoudelijke wijzigingen in het stelsel. Verder mist het wetsvoorstel een voldoende concrete doelstelling van de maatregelen: worden alle problemen nu opgelost, of – als dat niet het geval is – in welke mate gaan ze dan wel opgelost worden. Verder neemt met beide wetsvoorstellen de regeldruk toe terwijl de doelstelling is om deze regeldruk te doen verminderen. Tenslotte biedt de toelichting geen inzicht in mogelijke (minder belastende) alternatieven die zijn overwogen.