Wijziging van het Besluit Tijdelijke wet Groningen in verband met het opdragen van andere taken en bevoegdheden aan het Instituut Mijnbouwschade Groningen

Het kabinet heeft de Tweede Kamer 19 november 2021 per brief geïnformeerd dat bij hoge uitzondering, vanwege de bijzondere situatie in Groningen, besloten is om een aanvullende tegemoetkoming van 25 miljoen euro ter beschikking te stellen voor burgers die reeds een tegemoetkoming voor waardedaling van de NAM hebben ontvangen, maar een hogere vergoeding zouden ontvangen van het IMG. De hoogte van de tegemoetkoming bedraagt het verschil tussen de reeds ontvangen tegemoetkoming van de NAM en het bedrag waar zij recht op hebben volgens de regeling van het IMG. Het IMG gaat de regeling uitvoeren. De wettelijke grondslag hiervoor ontbreekt echter nog. De wettelijke taak van het IMG, met bijbehorende bevoegdheden, wordt met dit voorstel uitgewerkt. Verder wordt de aanspraak van de gedupeerde op de tegemoetkoming vanwege het verschil tussen de tegemoetkoming van de NAM en de door het IMG vastgelegd.

ATR heeft de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat laten weten dat de probleemanalyse van het voorstel een tekortkoming bevat. In de toelichting ontbreken voorbeelden waarmee duidelijk wordt wat de, zoals in de toelichting genoemde aanzienlijke verschillen in tegemoetkomingen, tussen beide regelingen zijn. De aanvraagprocedure is verder eenvoudig, maar het is niet duidelijk welke minder belastende alternatieven overwogen zijn. Bij de werkbaarheid bestaan onduidelijkheden over de wijze waarop de doelgroep die in aanmerking komt voor een tegemoetkoming wordt bereikt. De regeldruk is tenslotte niet volledig in kaart gebracht. Het advies is om het voorstel niet vast te stellen tenzij met de adviespunten rekening wordt gehouden.