Aanvullende zienswijze inzake het wetsvoorstel Wijziging van de Wet publieke gezondheid (Wpg) vanwege de invoering van een vergunningplicht en een meldplicht ter zake van het verrichten van handelingen met poliovirus.

ATR heeft op verzoek van de minister van VWS een aanvullende zienswijze over de gewijzigde versie van het wetsvoorstel Wijziging van de Wet publieke gezondheid (Wpg) vanwege de invoering van een vergunningplicht en een meldplicht ter zake van het verrichten van handelingen met poliovirus en enkele andere wijzigingen uitgebracht. Dit wetsvoorstel introduceert een vergunning- en een meldplicht voor  bedrijven en faciliteiten die poliovirusmateriaal onder zich hebben of bewerken. De vergunningplicht is bedoeld om het risico op een uitbraak of verspreiding van het virus te voorkomen.

ATR spreekt in de aanvullende zienswijze zijn waardering uit voor alle aanpassingen die in het wetsvoorstel zijn doorgevoerd. Kort samengevat zijn daarmee alle eerder geconstateerde gebreken in de keuzes en onderbouwing van het wetsvoorstel weggenomen. Het gewijzigd wetsvoorstel is vanuit het perspectief van het voorkomen en beperken van onnodige regeldruk voor bedrijven en faciliteiten in Nederland een duidelijke verbetering. Dat geldt niet alleen voor de keuzes die in de wet in de eisen en procedures zijn gemaakt. Ook de gewijzigde toelichting draagt hier aan bij. De onderbouwing van het wetsvoorstel maakt nu op een voor één ieder heldere wijze inzichtelijk waarom de gemaakte keuzes noodzakelijk en nuttig zijn en wat de samenhang tussen de procedures is. Daarmee heeft het wetsvoorstel evident aan kwaliteit gewonnen, hetgeen de besluitvorming over het wetsvoorstel ten goede kan komen. En niet onbelangrijk, verwacht mag worden dat het daarmee ook het draagvlak onder bedrijven en faciliteiten voor de wet vergroot, waardoor discussies over en fouten in de uitvoering achterwege kunnen blijven.