Wijziging van de wet tot wijziging van de Tijdelijke wet Groningen in verband met de versterking van gebouwen in de provincie Groningen

De voorgestelde wet brengt wijzigingen aan in een wetsvoorstel dat al in behandeling is bij de Eerste Kamer. Dit gebeurt met een novelle. De novelle wijzigt het wetsvoorstel tot wijziging van de Tijdelijke wet Groningen in verband met de versterking van gebouwen in de provincie Groningen. Tijdens de behandeling van dit wetsvoorstel zijn door de Tweede Kamer aan het wetsvoorstel via amendementen een aantal onderdelen toegevoegd. Deze betreffen de zogenaamde versterking in eigen beheer door bewoners en om ondersteuning voor bewoners bij de versterkingsopgave.

Via de amendementen is in het wetsvoorstel opgenomen dat het publiekrechtelijke kader buiten werking wordt gesteld als bewoners de versterking van hun woning volledig in eigen beheer uitvoeren. Dit betekent bijvoorbeeld dat de overheid in die situatie niet meer kan toetsen aan de veiligheidsnormen voor versterking of de versterkingsopgave kan coördineren. Volgens de toelichting bij de novelle leidt dit ertoe dat de overheid geen verantwoordelijkheid kan nemen voor de veiligheid of voor het goed laten meewegen van de belangen van andere bewoners bij de versterking van een individueel gebouw.

Daarnaast is via een amendement in het wetsvoorstel opgenomen dat eigenaren een vergoeding voor onafhankelijke bijstand kunnen krijgen. Dit betreft juridische bijstand, bouwkundig of financieel advies ten behoeve van schadevergoeding, het versterkingsbesluit of het instellen van bezwaar en beroep. Volgens de toelichting bij de novelle is de mogelijkheid tot die bijstand geformuleerd op een manier waardoor deze geen enkele begrenzing kent. Bovendien bestaan er binnen de versterkingsaanpak al diverse regelingen die bewoners ondersteunen bij bouwkundige, financiële en schadevergoedingskwesties. Een nieuwe wettelijke voorziening is daarom niet nodig. Wel wordt een mogelijkheid tot juridische bijstand opgenomen. De novelle voegt met het oog hierop een delegatiegrondslag toe voor de verdere uitwerking van de wijze waarop deze vergoeding plaatsvindt en de hoogte van deze vergoeding.

Tot slot verduidelijkt de novelle  dat de vergoeding van de kosten voor juridische bijstand onderdeel is van de heffing die aan de NAM wordt opgelegd in het kader van de versterkingsopgave.

Het college vindt dat nut en noodzaak van de novelle voldoende onderbouwd zijn. Ook zijn er volgens het college geen minder belastende alternatieven aan de orde. Voor wat betreft de werkbaarheid en de doenbaarheid van de novelle voor burgers en bedrijven verwijst naar eerdere adviezen over wetten en regelingen die gelden voor burgers en bedrijven in het aardbevingsgebied in Groningen. Deze eerdere adviespunten gelden onverkort ook voor de novelle. Tot slot adviseert het college om de regeldruk goed in beeld te brengen.