Initiatiefwetsvoorstel verantwoord en duurzaam internationaal ondernemen
De ChristenUnie neemt samen met PvdA, SP en Groenlinks, het initiatief voor een wetsvoorstel dat ondernemingen wettelijk verplicht om maatregelen te treffen die mogelijke nadelige gevolgen in het buitenland voorkomen. Daarbij gaat het om gevolgen van hun activiteiten voor mensenrechten, arbeidsrechten of het milieu in een land buiten Nederland. Verder introduceert dit voorstel de verplichting voor grote ondernemingen om het principe van gepaste zorgvuldigheid in productieketens te hanteren.
De initiatiefnemers verwachten dat dit voorstel de Europese regelgeving positief zal beïnvloeden. ATR constateert dat de toelichting die verwachting niet onderbouwt. Ambitieuze Europese wetgeving kan worden bewerkstelligd als het voorstel leidt tot verschillen in wettelijke kaders tussen de nationale lidstaten, die dermate groot zijn dat zij leiden tot het verleggen van delen van productieketens naar landen met een lagere wettelijke ondergrens. Dat is echter uitdrukkelijk niet de bedoeling van het voorstel. Daarmee is niet duidelijk of en hoe het voorstel zal bijdragen aan de (snellere) totstand¬koming van Europese regelgeving en hoe daarbij het verleggen van productieketens wordt voorkomen. ATR adviseert om inzichtelijk te maken hoe het voorstel bijdraagt aan de (snellere) totstandkoming van Europese regelgeving.
De zorgplicht die aan alle (ook kleine en middelgrote) ondernemingen wordt opgelegd, kan door partijen in de productieketen wordt aangegrepen om ondernemingen aansprakelijk te stellen. Het niet voldoen aan de zorgplicht kan al voldoende grond vormen voor het aansprakelijk stellen. Dit brengt het risico op juridificering met zich mee. Dan verwordt een maatschappelijk probleem tot een juridische strijd. Het voorstel maakt niet duidelijk hoe die strijd voorkomen kan worden en hoe kleine en middelgrote bedrijven zich ervan kunnen vergewissen dat ze aan hun zorgplicht voldoen. ATR adviseert om duidelijk te maken hoe ondernemingen aan hun zorgplicht kunnen voldoen.
De gevolgen voor de regeldruk zijn gedeeltelijk in kaart gebracht. Nog niet in beeld is gebracht hoeveel bedrijven aan de criteria voor omzet en vaste activa van het wetsvoorstel voldoen. Bij wijze van voorbeeld kan daarbij worden vermeld dat als ongeveer 1500 bedrijven aan die criteria voldoen, de structurele regeldruk tussen 17 en 500 miljoen euro jaarlijks zal bedragen en de eenmalige regeldruk tussen 4 en 250 miljoen euro. ATR adviseert om de berekening verder uit te breiden met het aantal bedrijven dat aan de gepaste zorgvuldigheidseis moet voldoen. Ook adviseert ATR om de regeldruk als gevolg van toezicht in kaart te brengen. Tenslotte adviseert ATR om de kosten in beeld te brengen voor de maatregelen die bedrijven moeten treffen voor hun zorgplicht.
Omdat dit wetsvoorstel verplichtingen oplegt aan alle bedrijven in Nederland die internationaal ondernemen met een (deel van de) productieketen in het buitenland, is het noodzakelijk dat de gevolgen voor de regeldruk bij de beslissing kunnen worden meegewogen. ATR adviseert om het wetsvoorstel niet in te dienen.