Tijdelijke regeling tegemoetkoming studenten in verband met de uitbraak van COVID-19

De Tweede Kamer heeft op 22 april 2020 per motie verzocht om de gevolgen van COVID-19 voor studenten in kaart te brengen en studenten waar mogelijk te ondersteunen. In deze tijdelijke regeling zijn de voorwaarden voor toekenning van een financiële tegemoetkoming uitgewerkt. Er is besloten twee “doelgroepen” studenten die in de afrondende fase van hun studie zitten deels te compenseren voor de financiële gevolgen van de uitbraak van COVID-19.

De toekenning van de financiële tegemoetkoming aan de rechthebbenden gebeurt ambtshalve door de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). De student hoeft daarvoor dus geen aanvraag te doen. DUO gebruikt de al beschikbare gegevens voor uitbetaling van de studiefinanciering of betaling van het lesgeld (mbo). Mocht DUO niet in het bezit zijn van een bankrekeningnummer van een student, dan wordt aan de student gevraagd dit nummer alsnog door te geven.

ATR constateert dat nut en noodzaak van de regeling zijn onderbouwd. Daarbij is er gekeken hoe de regeling met zo min mogelijk lasten voor de studenten en onderwijsinstellingen uitgevoerd kan worden. Ten aanzien van de werkbaarheid van de voorgestelde maatregelen adviseert ATR de toekenning van de financiële tegemoetkoming aan studenten ook eerder en op meerdere momenten mogelijk te maken. Daarbij is het advies om gedurende de implementatie en uitvoering van de regeling studenten de mogelijkheid te bieden in contact te treden met DUO met vragen over de financiële tegemoetkomingen. Verder zijn de gevolgen voor de regeldruk nog niet volledig in beeld gebracht. ATR adviseert dit alsnog te doen.