Subsidieregeling Renovatieversneller
Op 18 november 2019 heeft het Ministerie van Binnenlandse zaken de Subsidieregeling Renovatieversneller aan ATR voorgelegd voor advies.
Het verduurzamen van woningen laat zich meestal (nog) niet over de levensduur van de investering terugverdienen. Het programma van de Renovatieversneller moet een eerste, brede marktintroductie van standaard maatregelpakketten voor verduurzaming van woningen realiseren. De Renovatieversneller bestaat uit een landelijk ondersteuningsprogramma en onderhavige subsidieregeling die middels een tender wordt uitgezet. Het pakket van energiebesparende maatregelen moet ervoor zorgen dat woningen voldoende energie-efficiƫnt zijn om van het aardgas af te kunnen gaan en is daarmee ondersteunend aan het Klimaatakkoord. Het college constateert dat noodzaak van de subsidieregeling is onderbouwd.
Het college constateert verder dat meerdere instrumenten binnen het programma van de Renovatieversneller en via andere trajecten (o.a. Stimuleringsregeling Aardgasvrije Huurwoningen) worden ingezet en dat bij de uitwerking van de subsidieregeling rekening is gehouden met minder belastende alternatieven.
Het college ziet in het kader van de werkbaarheid aanleiding voor een aantal belangrijke aandachtspunten. ATR adviseert ten eerste duidelijkheid te bieden over de samenhang van de voorliggende regeling met inwerkingtreding van de nieuwe energieprestatienorm NTA8800 en daarbij expliciet in te gaan op gevolgen voor het energielabel A criterium bij subsidieverstrekking door eventuele verschuivingen in energielabels. Daarnaast adviseert ATR te verduidelijken hoe (sector)partijen zijn geconsulteerd en te onderbouwen waarom er geen internetconsultatie plaatsvindt. Specifiek vraag het college daarbij aandacht voor het belang van betrokkenheid van het MKB bij voorbereiding van het voorstel. Het advies is daarbij te onderbouwen hoe toegankelijkheid voor MKB-bedrijven tot de subsidieregeling zal worden gewaarborgd.
Tot slot constateert het college dat de regeldrukeffecten-analyse op een aantal punten nog onvolledig is en adviseert deze aan te vullen conform de Rijksbrede methodiek.