Wet banenafspraak
Op 21 februari 2020 is aan ATR advies gevraagd over het wetsvoorstel banenafspraak. Overheid en markt blijven volgens deze wet verantwoordelijk voor hun aandeel in de banenafspraak. Het gezamenlijk doel blijft 125.000 banen extra voor arbeidsbeperkten. De wet sluit voor de invulling van de verplichtingen voor werkgevers aan bij bestaande instrumenten: de sociale premies en financiële instrumenten (loonkostenvoordeel; LKV). Het onderscheid tussen overheid en markt komt te vervallen: er is slechts één gezamenlijke doelstelling. Bij activering van de quotumregeling betalen werkgevers met 25 of meer werknemers niet meer een quotumbijdrage maar een opslag op de AOF-premie (inclusiviteitsopslag). Kleine werkgevers betalen de opslag niet.
Nieuw is dat de wet goed gedrag gaat belonen. Bij activering van het quotum hebben grote werkgevers die hebben gedaan wat zij moeten doen, geen financieel nadeel. Hebben zij meer gedaan dan waartoe zij verplicht zijn, dan worden zij daarvoor extra beloond. De beloning gebeurt in de vorm van een verhoging van het loonkostenvoordeel (LKV). Met de wet komen inleenadministraties en administratie van verloonde uren te vervallen.
ATR heeft de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid bericht dat nut en noodzaak helder zijn beschreven. Wel dient de toelichting iets meer duidelijkheid te verschaffen over de inzet van het drukmiddel van de inclusiviteitsopslag. Anders dan de huidige wet is de gewijzigde wet voor grote bedrijven werkbaar, zij het dat het aanbeveling verdient daarop nog een toets bij grote werkgevers uit te voeren. ATR adviseert een beperkte aanvulling van de regeldrukparagraaf. Daarin is ook aandacht nodig voor de verschuiving in de aanvraagprocedure van de doelgroepverklaring.