Wetsvoorstel verbetering rechtspositie en rechtsbescherming mbo-studenten
De wijziging van de ‘Wet educatie en beroepsonderwijs’ moet de rechtspositie en de rechtsbescherming van mbo-studenten verbeteren. De wijziging schaft daartoe de ‘onderwijsovereenkomst’ af, omdat deze volgens het Nederlandse Centrum voor Onderwijsrecht niet aan de verwachting voldoet en andere maatregelen mogelijk wel de rechtspositie en rechtsbescherming van mbo-studenten verbeteren.
In zijn advies constateert ATR dat nut en noodzaak van de maatregelen voldoende zijn onderbouwd. De meerwaarde van de huidige onderwijsovereenkomst kon niet worden aangetoond. Het afschaffen ervan maakt de weg vrij om de inschrijving van mbo-studenten op een andere, minder belastende manier in te richten.
De adviespunten van ATR gaan vooral over de werkbaarheid van het voorstel. De wijziging van de regeling bevat de bepaling dat een instelling moet melden bij de Inspectie van het Onderwijs als een student langer dan één dag wordt geschorst. De meerwaarde van deze bepaling is niet duidelijk. ATR adviseert het belang van de bepaling alsnog toe te lichten. Aansluitend adviseert ATR uiteen te zetten wat, in het geval van verwijdering van een student, wordt beoogd met het overleg tussen de instelling en de Inspectie van het Onderwijs en hoe de bevoegdheden in een dergelijke situatie zijn afgebakend. Daarbij is het van belang dat een voor de studenten herkenbare ombudsfunctie (bemiddeling) binnen de mbo-instelling wordt ingericht om onnodige juridisering te voorkomen.
De getekende onderwijsovereenkomst fungeert als voorwaarde voor inschrijving en bekostiging. Niet duidelijk is wat het vervallen van de overeenkomst betekent voor de bekostiging van de mbo-instellingen: wat is de basis hiervan als de overeenkomst komt te vervallen? Met het oog op de inwerkingtreding van het wetsvoorstel per 1 augustus 2021 is het advies om in beeld te brengen wat de afschaffing van de onderwijsovereenkomst betekent voor de bedrijfsvoering van mbo-instellingen, met name voor het inschrijvingsproces en de informatievoorziening.
Ten slotte zijn de gevolgen voor de regeldruk nog niet volledig in beeld gebracht. ATR adviseert dit alsnog te doen. Het eindoordeel ten aanzien van de consultatieversie is het wetsvoorstel in te dienen, nadat met de adviespunten rekening is gehouden.