Wijziging Regeling rijonderricht motorrijtuigen 2009 en Regeling vakbekwaamheid bestuurders 2012
Op 8 oktober 2019 heeft het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat de wijzigingen van de Regeling rijonderricht motorrijtuigen 2009 en van de Regeling vakbekwaamheid bestuurders 2012 aan het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) aangeboden voor advies. Het voorstel wijzigt verplichtingen voor stagebegeleiders van rijinstructeurs en verplichtingen die betrekking hebben op de bijscholing van rijinstructeurs. Daarnaast bevat het voorstel wijzigingen ten aanzien van het herintrederstraject en de praktijktrainer nascholing. Doel van de wijzigingen is het bevorderen van de kwaliteit van stages en bijscholing van rijinstructeurs en daarmee de kwaliteit van rijonderricht.
ATR constateert dat niet van alle maatregelen nut en noodzaak is onderbouwd. Ook is niet van alle maatregelen duidelijk of ze doeltreffend zullen zijn. Zo is niet duidelijk of de verplichte module theoretische bijscholing Stagementor zal bijdragen aan de kwaliteit van de stagebegeleider. Er kunnen zelfs onbedoelde of ongewenste effecten optreden als gevolg van de wijzigingen. De aanscherping van de ervaringseis om stagebegeleider te mogen worden kan ertoe leiden dat minder mensen zich melden als stagebegeleiders en dat er minder stageplaatsen komen. ATR adviseert de effectiviteit van de wijzigingen nader toe te lichten en daarbij aandacht te besteden aan hoe ongewenste effecten worden voorkomen.
Het voorstel bevat de verplichting voor rijinstructeurs om tijdens de bijscholing les te verzorgen aan een leerling die nog geen rijbewijs heeft en dus niet bevoegd is om te rijden. Deze wijziging vormt een belemmering voor rijinstructeurs die alleen rijles geven aan leerlingen die wél een rijbewijs hebben, zoals in het geval van rijscholen die vooral slipcursussen e.d. geven. Om deze reden adviseert ATR het voorstel aan te passen zodat een rijinstructeur tijdens de bijscholing alleen rijles hoeft te geven aan leerlingen met een vergelijkbaar ervaringsniveau als het niveau waar de instructeur in zijn praktijk les aan geeft. Aanvullend adviseert het college om bij de eerstvolgende wetswijziging na te gaan of het mogelijk is een verschil aan te brengen in de bevoegdheid van rijinstructeurs naar gelang zij rijles geven aan leerlingen die wel en niet al rijbevoegd zijn.
Om de werkbaarheid van de regelgeving te waarborgen adviseert ATR om duidelijk te maken wanneer het voorstel in werking treedt. Ook adviseert het college een MKB-toets uit te voeren en deze te richten op de wijzigingen met forse regeldrukeffecten voor MKB-bedrijven.
Tot slot constateert het college dat de regeldruk nog niet volledig in beeld is gebracht. ATR adviseert dit alsnog te doen conform de Rijksbrede methodiek.