Wetsvoorstel doorstroom vmbo-havo en havo-vwo (Nota van wijziging)

In maart 2018 is de “Wet gelijke kans op doorstroom vmbo-havo” aan ATR voorgelegd voor advisering. Hiermee wordt geregeld dat leerlingen met een diploma vmbo in de theoretische leerweg (tl) of gemengde leerweg (gl) toegelaten moeten worden tot havo-4 als zij voldoen aan de voorwaarden. De ruimte voor de scholen om te beslissen over de toelating van deze leerlingen tot het havo wordt hiermee ingeperkt. ATR heeft destijds advies uitgebracht. Op 2 mei 2019 heeft ATR een ‘Nota van wijziging’ ontvangen om het oorspronkelijke wetsvoorstel uit te breiden. De uitbreiding van de wet moet ervoor zorgen dat voor de doorstroom van havo naar vwo dezelfde de principes gaan gelden als voor de doorstroom van vmbo naar havo.

Uit de toelichting bij het wetsvoorstel blijkt dat er in het kader van de (niet openbare) consultatie diverse kanttekeningen zijn geplaats bij de voorgenomen beleidswijziging. Organisaties twijfelen aan het plan om het volgen van een extra vak als (mogelijke) voorwaarde vast te leggen, omdat dit voor leerlingen een vervroegd keuzemoment en een verzwaring van het lesprogramma betekent. Zij pleiten voor een drempelloze doorstroom door middel van loopbaanoriëntatie en -begeleiding en/of doorstroomprogramma’s. Momenteel wordt het onderwijs-curriculum tegen het licht wordt gehouden. Het realiseren van een doorlopende leerlijn is een belangrijk doel van de herziening van het curriculum. Daarmee zou het voorliggende voorstel een tijdelijk karakter krijgen. In dit licht geeft ATR in overweging om de wet, en de nog op te stellen AMvB, te voorzien van een horizonbepaling.

Een andere kanttekening betreft het ‘model’ waarmee de Inspectie van het Onderwijs scholen beoordeelt op hun resultaten. Scholen vragen om een soepeler toezicht door de onderwijsinspectie op het rendement van scholen. Ook de VO-raad vraagt aandacht voor het “onderwijsresultatenmodel” van de Inspectie. Het bieden van kansen aan leerlingen moet volgens de VO-raad nadrukkelijk meewegen in de beoordeling van de bovenbouwresultaten (zoals slagingspercentages). ATR adviseert daarom in de toelichting te verduidelijken of en in hoeverre tegemoet wordt gekomen aan het verzoek van scholen om het toezicht te versoepelen in verband met het recht op doorstroom van leerlingen.

De gevolgen voor de regeldruk zijn in beeld gebracht en berekend.