Wet uitbreiding van meldplichten aandeelhouders
De huidige meldplichten worden uitgebreid door een nieuwe meldingsplichtige drempelwaarde van 2 procent toe te voegen aan de al bestaande meldingsplichten van 3, 5, 10 en hogere drempelwaarden. De reden hiervoor is dat het bestuur van de beursgenoteerde onderneming zo een breder overzicht krijgt van haar grote aandeelhouders, zodat zij gerichter met hen kan communiceren. Ook worden hiermee (potentiële) aandeelhouders beter geïnformeerd voor hun beleggingsbeslissingen.
Het kabinet motiveert het nut en de noodzaak van de voorgestelde uitbreiding van de meldingsplicht aan de hand van recente ontwikkelingen op het gebied van corporate governance, en dan met name het Rijnlandse model, waarin lange termijn waarde creatie centraal staat.
ATR constateert dat tegelijkertijd een wetsvoorstel in behandeling is dat uitvoering geeft aan Richtlijn 2017/828/EU. Die richtlijn, en dat wetsvoorstel, hebben eveneens tot doel het bevorderen van de lange termijn betrokkenheid van aandeelhouders. Nederland gaat met deze uitbreiding verder en zet zodoende een kop op de EU-regelgeving. De toelichting maakt niet duidelijk wat de noodzaak is om de meldingsplicht verder uit te breiden. Dat is wel nodig omdat Nederland kiest voor een strengere meldingsplicht dan de meeste EU-landen. ATR adviseert om de noodzaak voor de aanvullende meldplicht duidelijk te maken.
De structurele gevolgen voor de regeldruk zijn in beeld gebracht op ca. € 0,6 miljoen per jaar. De eenmalige regeldruk voor aandeelhouders die in één keer hun belang zullen moeten melden, is niet in beeld gebracht, net als de kennisnamekosten. ATR adviseert om dit alsnog te doen.