Omgevingsregeling Omgevingswet
Op 30 januari 2019 heeft ATR het verzoek ontvangen van het ministerie van BZK om advies uit te brengen over de Omgevingsregeling Omgevingswet. De Omgevingsregeling bevat de nadere invulling van de vier algemene maatregelen van bestuur (AMvB’s) bij de Omgevingswet. Het voorstel regelt onder andere detailbepalingen over grenzen van locaties, voor meet- en rekenmethoden en over monitoring en informatieverplichtingen. Verder stelt de regeling eisen aan gegevens-vestrekking. Het gaat daarbij om de informatie die een initiatiefnemer moet aanleveren bij een aanvraag voor een omgevingsvergunning. Hieronder valt ook de ‘participatie-bepaling’. De initiatiefnemer dient aan te geven of, en zo ja op welke manier hij de omgeving heeft betrokken bij de voorbereiding van zijn initiatief en wat de uitkomst hiervan is.
ATR constateert dat nut en noodzaak van het voorstel zijn onderbouwd. Bij het onderwerp gegevensverstrekking adviseert het college het uitgangspunt éénmalig uitvragen, meervoudig gebruiken volledig te benutten en zorg te dragen voor doorwerking van dit principe in decentrale regelgeving. Dit zorgt voor een minimale gegevensuitvraag bij burgers en bedrijven. ATR adviseert verder om volledige duidelijkheid te geven over de houdbaarheidstermijnen van onderzoeksgegevens. Hergebruik van onderzoeksgegevens kan onderzoeklasten voor burgers en bedrijven besparen en zo bijdragen aan regeldrukvermindering.
In de voorbereiding van de Omgevingsregeling is nadrukkelijk aandacht besteed aan werkbaarheid en uitvoerbaarheid. ATR ziet op verschillende onderdelen nog kansen voor verbetering. Hierbij gaat het onder andere om de verwijzing naar normdocumenten. Het college adviseert om duidelijk te maken welke normverwijzingen zijn geschrapt en welke normverwijzingen zijn omgezet in bepalingen in de regelgeving. Verder adviseert ATR om aangewezen normdocumenten lastenluw raadpleegbaar te maken via het DSO. Dit vergroot de inzichtelijkheid en het gebruiksgemak van het nieuwe omgevingsrecht. Ook vraagt ATR aandacht voor het ontwikkelproces van normen en de betrokkenheid van stakeholders daarbij. Dit laatste is nog niet altijd gewaarborgd. ATR adviseert om in samenspraak met normbeheerders en het ministerie van Economische Zaken en Klimaat werkbaarheid en uitvoerbaarheid te vergroten van die normen waarnaar in de Omgevingswetregelgeving wordt verwezen.
De effecten van de aanvraagvereiste participatie zijn niet op voorhand volledig te bepalen. ATR adviseert om in de toelichting duidelijkheid te bieden over de decentrale ruimte bij de invulling van de participatie-bepaling en om de uitwerking van de participatie-vereiste te monitoren vanaf de inwerkingtredingsdatum van de Omgevingswet.
Om werkbaarheid en uitvoerbaarheid van de Omgevingsregeling te waarborgen, adviseert ATR ook in de toekomst, bij wijzigingen, internetconsultatie en MKB-toetsing toe te passen.
Tot slot constateert ATR dat de regeldrukeffecten van het voorstel nog niet volledig in beeld zijn gebracht in de toelichting. Het college adviseert de regeldrukeffecten-analyse compleet te maken. Aanvullend adviseert ATR om bij toekomstige wijzigingen van verwijzingen naar normen een integrale regeldrukeffectenanalyse uit te voeren en op te nemen in de toelichting.