Wetsvoorstel wijziging van de Winkeltijdenwet

Bij de evaluatie van de Winkeltijdenwet in 2016 is geconcludeerd dat de Winkeltijdenwet goed werkt. Het komt echter voor dat winkeliers worden verplicht hun winkel open te stellen. Deze wetswijziging beoogt de keuzevrijheid voor winkeliers met betrekking tot de openingstijden van hun winkel te bevorderen. In de ontwerpfase van dit wetsvoorstel is de mkb-toets uitgevoerd. Dit betekent dat mkb-ondernemers hun mening hebben gegeven over de voorgenomen de wetswijziging. De wetswijziging treedt in werking op een nog bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

ATR constateert dat de uitkomst van de mkb-toets niet eenduidig is, en er bovendien geen sprake lijkt van een wijdverbreid en structureel probleem. Ook rijst de vraag of de voorgestelde oplossing wel soelaas biedt, omdat het voorstel het verschil in onderhandelingsmacht niet weg neemt: de bovenliggende partij kan door middel van contractuele bepalingen ook in de toekomst afdwingen dat winkeliers hun winkel openstellen op voor hen ongunstige tijden. ATR sluit niet uit dat de (kleine) winkeliers uiteindelijk meer gebaat zijn bij andere maatregelen en afspraken dan bij wetgeving en daaruit voortvloeiende juridisering van de verhoudingen. Een mogelijkheid is het organiseren van arbitrage in conflictsituaties. ATR adviseert – mede met het oog op de niet-eenduidige uitkomsten van de mkb-toets – de effectiviteit van het voorstel nader te onderbouwen en het voorstel af te zetten tegen niet-wettelijke instrumenten om het beleidsdoel te realiseren.

Om huurders tegemoet te komen die uit geloofsovertuiging of om andere gegronde redenen hun winkels niet op zon- of feestdagen willen openen, heeft de Raad voor Onroerende Zaken (ROZ) bij haar modelcontract een modelclausule geplaatst. Een huurder kan op grond van die bepaling een onderbouwd verzoek doen aan de verhuurder om zijn winkel niet open te hoeven stellen op zon- en feestdagen. Volgens de toelichting bij het wetsvoorstel is deze vorm van zelfregulering niet toereikend gebleken. ATR adviseert om te onderzoeken in welke situaties en onder welke voorwaarden de modelclausule van ROZ een effectieve oplossing biedt.

Het wetsvoorstel raakt (kleine) winkeliers, vereniging van eigenaren, winkeliersverenigingen en verhuurders van winkelpanden. De doorwerking van de wetswijziging betreft dus niet alleen een (kleine) groep winkeliers. En de wetswijziging is mogelijk van invloed op bestaande contracten en werkrelaties. ATR adviseert daarom na te gaan welke gevolgen de wetswijziging mogelijk heeft voor alle betrokkenen bij de organisatie van winkelgebieden en de wijze waarop zij hun (ook contractuele) relaties vormgeven. ATR adviseert om te kiezen voor een integrale aanpak van eventuele knelpunten voor (kleine) winkeliers en wijst in dit verband op het onderzoek naar de werking van de huurmarkt dat het ministerie van EZK in het kader van de Retailagenda 2018-2020 heeft geïnitieerd. Alle betrokkenen bij de organisatie van winkelgebieden zullen kennis willen en moeten nemen van de wetswijziging en de implicaties daarvan willen en moeten wegen. ATR adviseert na te gaan welke (ervaren) gevolgen voor de regeldruk de wetswijziging mogelijk heeft voor alle betrokkenen.